Er zijn in Togo niet zoveel mogelijkheden om je handen te wassen. Dat heeft te maken met het gebrek aan kranen, waterpompen en stromend water. Het is er (soms) wel maar vaak niet op de juiste plaats. Op scholen, in bedrijven en bij de mensen thuis is er vaak geen water. Het kost namelijk een fors bedrag om een leiding naar je huis te laten aanleggen (en een kraan in je huis). 80% van de bevolking kan dat niet betalen. Mensen moeten vaak een flink eind lopen met een teil, een vat of een ander soort opvangmogelijkheid voor water. Elke morgen moeten kinderen water gaan halen en door de dag heen moet er steeds weer water bij worden gehaald. Als je geluk hebt, is de kraan niet ver maar soms moet je honderden meters of zelfs kilometers lopen.
Kinderen groeien niet op met de notie dat ze hun handen moeten wassen. Vóór het eten, na het toiletbezoek, nadat ze vies werk hebben gedaan. Je veegt je handen af aan zand, gras, eventueel je kleren of een doek. En vervolgens eet je met diezelfde handen want de meeste mensen in Togo hebben geen bestek en trouwens ook geen borden. Dat is vragen om ongedierte in je lichaam. En dus hebben heel veel kinderen parasieten en wormen in de darmen. En raken ze daardoor verzwakt en ziek.
Wij leren kinderen, ouders en schoolleiding dat de kinderen altijd handen moeten wassen. In ieder geval vóór het eten en na het toiletbezoek. We vertellen dat aan alle kinderen en hun ouders als ze bij ons op het centrum komen voor onderzoek. En als we de ouderraad spreken, de leraren en de inspecteurs voor het onderwijs. En we geven klassikaal voorlichting over handen wassen en allerlei andere belangrijke regels van hygiëne. Voorkomen is beter dan genezen en het begint hier.